Ripperdapark

PHILIP FRANK
9 augustus 1910 (Hilversum) - 2 februari 1943 (Bloemendaal)

RIPPERDAPARK 26

Opperrabijn, Leraar Ned. Isr. Seminarium, Obmann J. Raad, Chazzan, jeugdleider

Philip Frank werd in 1937 benoemd als  opperrabbijn in Noord-Holland. Hij volgde Rabbijn  Simon Philip de Vries op die 45 jaar dit ambt bekleedde.

Zijn vader had een winkeltje in werkmansfacturen. Philip deed  de boekhouding van het winkeltje.

Op 30 januari 1943 werd een Oberwachtmeister van de Duitse medische dienst bij een aanslag gedood.

Als represaille werden honderd gijzelaars in Haarlem en omgeving gevangen genomen en naar Vught overgebracht. Tien van hen werden in Bloemendaal doodgeschoten. Onder hen was Philip Frank.

In de nacht voor de executie had opperrabbijn Frank een gesprek met Willi Lages, berucht hoofd van het bureau Noord-Holland, waarin hij bemoedigende woorden voor de achterblijvers spreekt. Een week later worden alle overgebleven joden naar Amsterdam gestuurd. 

Philip Frank werd als gijzelaar gefusilleerd in de Bloemendaalse duinen op 2 februari 1943 en
gecremeerd in Velsen op 2 februari 1943.

Hij werd 32 jaar.

Groepsfoto van leden van de kerkenraad van het NIG- Haarlem met davidsterren opgespeld, 1942. V.l.n.r.: Philip Frank, Mozes Bouwman, Barend Chapon, Abraham de Lieme, Gabriël Jacobs (achter), onbekend (voor), Joseph Rodrigues Pereira, Herman Calff en (onzeker:) Louis Prins?, (schoonmaker van de synagoge?). Van de hier genoemde personen overleefden alleen Mozes Bouwman en Joseph Rodrigues Pereira de Sjoa.

Trouwfoto echtpaar Frank (uiterst rechts; links het echtpaar Josef Hersch en Hilde Dinner-Eitje.)

BERTHA FRANK-DINNER
18 mei 1909 (Amsterdam) - 23 maart 1943 (Sobibor)

RIPPERDAPARK 26

Bertha Frank-Dinner was Directrice Fröbelschool, Onderwijzeres Joodse school, Jeugdleidster, en

lid van het Nederlands-Israëlietisch Armbestuur en dodenverzorgster bij de Godsdienstige Instelling Gemieloeth Chassadiem.  

Kort nadat haar man op 2 februari 1943 was gefusilleerd werd zij naar de Hollandse Schouwburg gebracht.

Vanuit de Hollandsche Schouwburg schreef Bertha Frank-Dinner op 4 februari 1943 een brief aan de leden van de Noordhollandse Joodse gemeente om hen en hart onder de riem te steken ter nagedachtenis van haar man:

“Als U zijn nagedachtenis nog wilt eren, behoudt dan de moed, door te leven als waardige Joden en bedenkt steeds, ook in de moeilijkste omstandigheden, dat de Hoeder van Israël niet slaapt en niet sluimert.”

Aankomst in kamp Westerbork op 6 februari 1943.
Deportatie uit Westerbork op 9 februari 1943.
Vermoord in Auschwitz op 12 februari 1943.
Zij werd 33 jaar.
Het echtpaar Frank was kinderloos.

Zij namen een joods meisje uit Duitsland als vluchteling op, Lieselotte Michel. In juli 941 vertrok zij via Beverwijk naar Deventer, waar zij een onderduikadres vond. Eind 1942 moesten veel joodse families verhuizen naar het joodse ghetto in Amsterdam. Daar woonde zij enige tijd in de Retiefstraat 20.

Op 16 maart 1943 ging zij via Westerbork  naar Sobibor waar zij 23-3-1943 vermoord werd. In juni 2022 wordt voor haar in Deventer een struikelsteen gelegd.

(informatie van de website struikelstenen Deventer).  

Vorige
Vorige

Spaarnelaan

Volgende
Volgende

Ridderstraat